De Surinaamse Patrick (10 jaar) is heimelijk verliefd op de Turks-Nederlandse Yahide (9 jaar), het mooiste meisje van de klas. Yahide vind Patrick ook leuk, maar ze durven allebei niets te zeggen. Patrick en Yahide zitten in groep 7 van de Noord-Hollandse Oranje-Nassau basisschool in een klein dorp onder de rook van Amsterdam. Patrick is het enige gekleurde kind in de klas. Hij kan goed toneelspelen, waardoor hij vaak de lachers op zijn hand krijgt in de klas. De kerstvakantie is in aantocht. Als meester Rob (60 jaar) de rollen van het eindejaarskerstfeest verdeelt, aast Patrick op de hoofdrol van Jozef, omdat Yahide de rol van Maria krijgt toebedeeld. De spanning stijgt als één voor één de namen van alle kinderen worden nagelopen. Tot Patricks teleurstelling, wijst de meester hem echter op achteloze wijze de kleine rol van Baltasar, de zwarte koning, toe. Na de les benadert Patrick meester Rob om hem op andere gedachten te brengen, maar de meester heeft weinig tijd en maakt Patrick pijnlijk duidelijk dat er behalve Baltasar alleen een onbeduidende figurantenrol als koe of os als alternatief is. Balend verlaat Patrick de school. Hij ziet hoe Tim (10 jaar), de klier van de school, die de rol van Jozef heeft gekregen, op het plein indruk probeert te maken op Yahide. Gefrustreerd gaat Patrick naar huis. De volgende ochtend verschijnt Patrick strijdlustig aan de ontbijttafel. Op school moest hij met zijn vriendje Olaf, terwijl Yahide op het plein wordt nagezeten door Tim, die een zoentje wil. Voor de klas wachten Olaf en Patrick meester Rob op. Olaf is helemaal bruin geschminkt en zelfingenomen presenteren ze hem als de perfecte koning Baltasar. De meester wordt boos en wil er niets meer over horen. Patrick moet Baltasar spelen en daarmee uit.

Bron: RKK